De therapeut kan ervoor kiezen om met verschillende soorten klei of bijenwas te werken. Klei is een zwaar materiaal, het heeft een zekere weerstand tegen vormveranderingen. Het is vaak log en koud. De klei moet voordat er mee gewerkt kan worden, eerst worden gekneed. Hiervoor is kracht nodig. Het vormloze stuk klei moet vorm gegeven worden, daarbij moet rekening gehouden worden met de kwaliteiten en de structuur van de klei. Dit doet een beroep op het doorzettingsvermogen van het kind. Door de directe aanraking helpt de klei met het ervaren van grenzen, tot rust komen, bij 'zichzelf' komen.

Bijenwas is in verschillende kleuren verkrijgbaar. Ook bijenwas moet worden zacht gemaakt, door het in je handen warm te laten worden. Het is een vriendelijk, licht materiaal maar je moet er wel voor werken om het in de vorm te krijgen. Bijenwas leent zich voor klein en fijn werken.